​College over taakstelling en woningtoewijzing statushouders

Uit de beantwoording van de schriftelijke vragen die Henk Koornneef van Gemeentebelangen Putten onlangs aan het college stelde blijkt dat de gemeente wettelijk verplicht is om statushouders te huisvesten, dat de achterstand is opgelopen en dat de provincie Gelderland in het uiterste geval kan ingrijpen.

In de beantwoording zet het college uiteen hoe de wettelijke kaders, cijfers en verantwoordelijkheden eruitzien

Het college geeft aan dat statushouders geen voorrang hebben op sociale huurwoningen op basis van de landelijke Huisvestingswet. Die voorrang is vastgelegd in de gemeentelijke huisvestingsverordening. Dat betekent dat de gemeente zelf bepaalt of en hoe statushouders voorrang krijgen.

In 2024 werd twaalf procent van de vrijgekomen sociale huurwoningen toegewezen aan statushouders. Van de 83 mutaties in de sociale huursector gingen er tien woningen naar deze groep. Landelijk ligt dit percentage rond de acht procent”, aldus het college.

Taakstelling naar rato van inwonertal
De verdeling van statushouders over gemeenten gebeurt via een landelijke taakstelling die het Rijk twee keer per jaar vaststelt. Die taakstelling wordt opgelegd aan gemeenten en is gebaseerd op het inwonersaantal. Voor Putten betekende dit een opgave van 21 statushouders in de eerste helft van 2025 en achttien in de tweede helft.

Tot 1 januari 2025 liep Putten echter een achterstand op van 26 te huisvesten statushouders.

“De huisvesting van statushouders is geen inspanningsverplichting, maar een wettelijke verplichting. De provincie Gelderland houdt toezicht op de uitvoering hiervan via het Interbestuurlijk Toezicht (IBT)”, zo schrijft het college. “In het uiterste geval kan de provincie sancties opleggen op basis van de interventieladder. De zwaarste maatregel is ‘indeplaatsstelling’, waarbij de provincie de benodigde maatregelen zelf neemt om de taakstelling alsnog te realiseren.”

Tot op heden heeft de provincie Gelderland de stap naar interbestuurlijk toezicht nog niet gezet. Wel heeft de gemeente eind 2023 een plan van aanpak moeten indienen hoe de opgelopen achterstand ingelopen zou kunnen worden.

Op de vraag of de voorrang voor statushouders uit de huisvestingsverordening kan worden geschrapt, zodat andere woningzoekenden, zoals bijvoorbeeld spoedzoekers, sneller aan bod komen. Volgens het college is dat alleen mogelijk als de gemeente alternatieve vormen van huisvesting aanbiedt.