De subsidie voor het groot onderhoud van de sportvelden was de afgelopen tien jaar een bron van gedoe tussen gemeente en sportverenigingen. De gemeente was uiteindelijk bereid om 70 procent van het groot onderhoud te betalen, de verenigingen moesten de resterende 30 procent zelf betalen.
De huidige coalitie hakte in 2022 de knoop door en besloot dat de gemeente het groot onderhoud voor de volle 100 procent zou gaan bekostigen. De coalitiepartijen waren, terecht, trots op hun besluit. Rust in de tent.De sportverenigingen bleven ontevreden.
Maar er bleek een giftig addertje onder het gras te zitten. Want een jaar later, in 2023, bleek dat de grotere sportverenigingen zelf 15 procent van hun investeringen moesten gaan betalen. En je voelt hem al aankomen, die 15 procent van de investeringen is vele malen meer dan die 30 procent van het onderhoud. Dat kan betekenen dat een sportvereniging 90.000 euro moet meebetalen aan de investeringen en maar 10.000 bespaart op het onderhoud. Een kat in de zak dus.
Wij Putten heeft zich hiertegen in de gemeenteraad tevergeefs verzet. Het college geeft met de ene hand een dubbeltje en pakt met de andere hand een euro terug. Nu twee jaar later begint het financieel te knellen bij de buitensportverenigingen. Dat kan geen verrassing zijn.
Wij Putten was in 2023 tegen deze onredelijke bezuiniging op de sportverenigingen. En dat zijn we nog steeds.
Wij Putten schrijft met enige regelmaat een column voor Puttense Zaken. Deze keer is het de beurt aan Herman Luitjes, fractievoorzitter Wij Putten.