Wethouder Koops: 'Ik wil de inwoners van Putten laten zien dat ik er voor hen ben'

​Wethouder Koops (63) is tijdens de coronacrisis geïnstalleerd als de opvolger van wethouder Priem. Koops gaat zich de komende twee jaar inzetten om het beleid met betrekking tot de jeugdzorg en de WMO-zorg op een goede manier uit te voeren.

'Mijn eerste indruk is dat in Putten alles goed is georganiseerd en ik heb het gevoel dat mensen hier met plezier wonen'

“Ik heb altijd de verbinding met de samenleving gezocht. Wethouder is een heel mooi vak waarin je moet blijven ontwikkelen. Als overheid moet je bovenal uitstralen dat je betrouwbaar bent en dat is een grote opdracht. Ik wil de mensen laten zien dat ik er voor hen ben en hoop dat de inwoners van Putten over twee jaar blij zijn met wat ik heb achtergelaten”, aldus Koops.

Koops is geboren en getogen in Bunschoten en woont daar nog altijd met veel plezier. “Ik ben altijd actief geweest voor de kerk en de sportverenigingen en heb daar veel bestuurlijke functies vervuld. Tot 2010 was ik nooit politiek actief, maar toen vroeg de lokale ChristenUnie of ik erover na wilde denken om de transitie in het sociaal domein in goede banen te leiden. Ik zei niet gelijk ja, maar na enige tijd besloot ik er toch voor te gaan. Ik was altijd al geïnteresseerd in de zorg, cultuur en sport en wilde wel samenwerken met de lokale samenleving. Toen ik eenmaal geïnstalleerd was als wethouder gaf dat mooie inzichten en ik kreeg regelmatig een spiegel voorgehouden. Ik kwam erachter hoe ik over de verschillende zaken dacht en dat bracht me verder als bestuurder. Omdat ik niet politiek actief was, wist ik hoe de gewone mensen over bepaalde zaken dachten. Ik kwam dus in een nieuwe wereld terecht, maar bracht ook een nieuwe wereld mee. Ik leerde al snel dat de overheid veel van het bedrijfsleven kan leren, maar dat gold ook andersom. Ik mocht de transitie van de zorg vormgeven en implementeren en begon op nul. Al snel bleek dat niemand wist wat de jeugdzorg überhaupt kostte. We wisten niets van de geldstromen die veel groter waren dan we eigenlijk dachten. Inmiddels zitten we wel op de goede weg, maar er is nog een lange weg te gaan. Toen de coalitie in Bunschoten van de ene op de andere dag stopte zat ik zonder werk. Toen werd ik in Putten gevraagd om de wethouders functie voor twee jaar te vervullen. Ik heb er over nagedacht, me verdiept en wat commissievergaderingen nagekeken. Ik ga nu bewuster het traject in dan tien jaar geleden. Ik voel een grote verantwoordelijkheid om te presteren en te leveren, want daar word ik immers voor betaald.”

Koops vervolgt: “Putten was voor mij niet helemaal vreemd. Ik kende het dorp al en het klikte met de lokale ChristenUnie. De afgelopen maanden heb ik geprobeerd om in contact te komen met verenigingen, stichtingen en instanties. Ik heb een rondje langs de velden gemaakt en gesprekken gevoerd met de culturele sector, sportverenigingen en de zorgsector. Ook heb ik alle raadsleden inmiddels gesproken. In het begin kijk je overal blanco tegenaan, maar inmiddels begin ik de onderstroom te voelen. Mijn eerste indruk is dat in Putten alles goed is georganiseerd en ik heb het gevoel dat mensen hier met plezier wonen.”

“Er is nieuw beleid ingericht en ik ga het beleid voortzetten dat door de raad is vastgesteld. Op het gebied van sport is nog wel veel te doen. Ik heb inmiddels overal kennisgemaakt en heb er vertrouwen in dat we met elkaar stappen kunnen maken. Ik ga me de komende twee jaar focussen om weer verbindingen te leggen en de contacten te herstellen.”

“De gemeente werd, de afgelopen maanden, met een bulk werk geconfronteerd en we moesten in een moordend tempo van alles organiseren. Kijkend naar hoe de samenleving (horeca, winkeliers, scholen en verenigingen) het heeft opgepakt ben ik onder de indruk en het gaf me een mooi beeld van de Puttense saamhorigheid. Mensen hebben het moeilijk en daar moet je als overheid wel oog voor hebben. Wat mij betreft staat de vitaliteit van Putten voorop en daar wil ik graag een klein steentje aan bijdragen.”